Overzicht BZ Projecten

Geohydrologisch onderzoek bron Groesbeek

In het centrum van Groesbeek stromen van oudsher een aantal beken. Bij de Hervormde kerk is een bron aanwezig, die de laatste jaren is drooggevallen. BZIM heeft voor de gemeente Berg en Dal met een bureaustudie onderzocht of en hoe het mogelijk is om de beken in Groesbeek weer te laten stromen.

Met een geohydrologisch onderzoek is het brongebied van de Groesbeek in kaart gebracht. Waardoor wordt de bron van de Groesbeek gevoed? Wat is het intrekgebied van de bron? Met inzicht in het geohydrologisch systeem van de bron, werd duidelijk aan welke knoppen gedraaid kan worden en welke opties afvallen om de Groesbeek (en daarmee de andere beken) weer op een natuurlijke manier van voldoende stromend water te kunnen voorzien.

Conclusie van het geohydrologisch onderzoek was dat de stijghoogte in het grof zandige pakket, waaruit het bronwater op kwelt, tussen 2015 en 2022 is gedaald. Daardoor voert deze bron geen water meer aan de bronvijver en het bekensysteem. De toename van verdamping in het bos door klimaatverandering en interceptie van regenwater door de bomen in het bos in het intrekgebied ten westen van Groesbeek zien wij als belangrijkste oorzaak voor het dalen van de stijghoogte in het grof zandige pakket.

Droogtestudie gemeente Leeuwarden

Voor de gemeente Leeuwarden heeft BZIM de risico’s van droogte voor het bebouwde gebied in kaart gebracht: de risico’s van lagere grondwaterstanden door klimaatverandering op maaivelddaling, bebouwing, infrastructuur en groen.

Met een grondwaterklimaatanalyse op 220 peilbuizen van het gemeentelijke grondwatermeetnet heeft BZIM per peilbuis bepaald welke veranderingen in de grondwaterstanden gaan optreden door klimaatverandering. Oftewel: hoeveel stijgt de grondwaterstand in de winter en daalt deze in de zomer van 2050. In zettingsgevoelige gebieden zorgt een daling van de lage grondwaterstanden voor maaivelddaling. BZIM heeft de maaivelddaling op buurtniveau berekend en op kaart gezet.

De daling van de grondwaterstanden en de maaivelddaling kunnen extra risico’s veroorzaken: verzakkingen en scheurvorming bij woningen en infrastructuur. Bij groen een toename van sterfte en een toename van beheerkosten.

BZIM heeft samen met de gemeente met werksessies de ervaringen van de droge zomers van 2018, 2019 en 2020 gebruikt om risicomatrixen op te stellen voor de risico’s van droogte voor de bebouwing, infrastructuur en groen. Dit is op kaart gezet waarmee inzichtelijk is geworden waar welke droogterisico’s optreden als gevolg van klimaatverandering.

Voor de gemeente Leeuwarden is geconcludeerd dat voor de bebouwing en infrastructuur sprake is van een zeer laag tot laag risico op schade door droogte als gevolg van klimaatverandering. Voor de bomen is sprake van een zeer laag tot enig risico, gebaseerd op de leeftijd en conditie van de boom en de toename van de fluctuaties van de grondwaterstanden. Tot slot heeft BZIM op basis van deze risico’s de potentiële financieel schadeposten bepaald.

Over dit onderzoek is op H2O Waternetwerk een artikel verschenen. Om dit artikel te lezen, klik hier.

Daarnaast is in Land+Water ook een artikel verschenen over dit onderzoek. Om dit artikel te lezen, klik hier.

Herinrichting Nieuwe Wetering

Het Waterschap Drents Overijsselse Delta ontwikkelt samen met de omgeving plannen om de Nieuwe Wetering opnieuw in te richten. Dit wordt gedaan door het aanleggen van natuurvriendelijke oevers en het vispasseerbaar maken van stuwen. Verder wordt het beheer- en onderhoudsplan voor deze watergang geoptimaliseerd. BZIM vervult hier de rol van omgevingsmanager. BZIm treedt in contact met de omgeving om klanteisen op te halen en ontwerpstappen te bespreken. Dit moet uiteindelijk leiden tot een uitvoerbaar en gedragen ontwerp dat voldoet aan de regelgeving van de Kaderrichtlijn Water. Meer weten over dit project? Klik hier voor een link naar een informatievideo.

Programma-management Lumbricus

Lumbricus (Latijn: Aardworm) is de benaming van een onderzoeksprogramma van samenwerkende waterschappen en kennisinstellingen. In Lumbricus worden technieken en methoden beproefd om tot klimaatrobuuste bodem- en watersysteem op de hoge zandgronden te komen. In een tweetal proeftuinen wordt met ingelanden in pilotprojecten gewerkt aan herinrichting van beekdalen, klimaatadaptieve drainage bij agrariërs, grondbeheer met extra aandacht voor organisch stofgehalte, betere rekeninstrumentaria en nieuwe manieren van beleidsvorming met betrokkenen. Steeds gericht op het beter kunnen omgaan met periode van extremen: nat, droog of warm als gevolg van een veranderend klimaat.

Het programma zit in zijn laatste fase waarin kennisoverdracht en verantwoording van belang zijn. BZ is gevraagd deze fase van het programma te coördineren. Daarvoor gebruiken we onze kennis van hydrologie en ervaring met samenwerkingsverbanden en kennisoverdracht.

Geohydrologisch onderzoek Wekerom

Gemeente Ede werkt aan de planvorming voor een uitbreidingslocatie in Wekerom.

Voor de gemeente voeren we een (geo-)hydrologisch onderzoek uit om de randvoorwaarden voor de uitbreidingslocatie te bepalen. De grondwaterfluctuaties bepalen bijvoorbeeld in hoeverre er opgehoogd moet gaan worden. Daarnaast geven we aan welke maatregelen nodig zijn om het hemelwater tijdelijk te bergen in het gebied dan wel (vertraagd) af te voeren naar een retentievoorziening. Voor deze retentievoorziening gaan we de benodigde afmetingen en optredende peilstijgingen na. De resultaten van het onderzoek geven concrete handvaten voor de verdere uitwerking van het stedenbouwkundig plan.

Grondwateroverlast Hengelo

In Hengelo zijn diverse grondwateraandachtsgebieden. Dit zijn gebieden waarvan bekend is dat er regelmatig hoge grondwaterstanden voorkomen en de bewoners al langer tijd grondwateroverlast ervaren.

We hebben een nader onderzoek uitgevoerd om de omvang van het gebied met te hoge grondwaterstanden af te kaderen. Dit hebben we gedaan met lokaal geohydrologisch onderzoek: we hebben boringen en peilbuizen geplaatst en de grondwaterstanden gemonitord. Het onderzoek is erop gericht om de lokale situatie te begrijpen. Hoge grondwaterstanden leiden niet altijd tot overlast. Daarom hebben we ook een enquête uitgevoerd om de overlast onder de bewoners in beeld te brengen. De meetresultaten en de resultaten van de enquête hebben we geanalyseerd en gecombineerd. Vervolgens hebben we op basis van het gemeentelijke grondwaterbeleid bepaald of en waar sprake is van structurele grondwateroverlast. Het onderzoek biedt voor de gemeente de onderbouwing of en waar drainage (of andere maatregelen) nodig is om de structurele overlast aan te pakken.

Hemelwater-structuurplan Nijkerk

In Nijkerk komt bij hevige neerslag op diverse locaties wateroverlast voor. Met de klimaatverandering en de daarbij horende hevigere regenbuien is er risico dat wateroverlast vaker en langer gaat optreden. De insteek is om veel afkoppelprojecten uit te voeren om de hydraulische belasting op het gemengde rioolstelsel te verminderen. De vraag is echter waar dit afgekoppelde hemelwater naar toe kan. Vanwege hoge grondwaterstanden is infiltratie in de bodem niet kansrijk. Daarnaast is bij hevige regenval de mogelijkheid om regenwater via de beken af te voren beperkt.

We hebben samen met de gemeente Nijkerk en waterschap Vallei en Veluwe de actuele knelpunten vanuit de riolering en het oppervlaktewater in beeld gebracht. De hoofdoplossingsrichtingen om deze knelpunten aan te pakken zijn meer waterberging, bufferen en vertraagd afvoeren van het hemelwater, verbeteren van de afvoercapaciteit van het oppervlaktewatersysteem en het verminderen van de doorvoer van water uit het landelijk gebied door Nijkerk. In een werksessie zijn vervolgens locaties verkend om deze knelpunten aan te pakken. Hieruit is een breed palet aan kansrijke maatregelen naar voren gekomen. De gemeente en het waterschap kunnen de komende jaren aan de hand van het resultaat gerichte stappen zetten om de wateroverlast in Nijkerk te verminderen.

Afkoppelkansenkaart Oost Gelre

De gemeente Oost Gelre wil het afkoppelen van hemelwater(afvoeren) onder haar bewoners stimuleren. BZ heeft voor elke kern in de gemeente een afkoppelkansenkaart opgesteld. Een afkoppelkansenkaart geeft aan in welke deelgebieden afkoppelen en infiltreren van hemelwater mogelijk is. Hierbij is de doorlatendheid van de bodem (k-waarde) en de ontwateringsdiepte van belang. De doorlatendheid van de bodem dient voldoende hoog te zijn voor infiltratie. Daarnaast is infiltratie geen optie in gebieden met een te hoge grondwaterstand.

Op basis van het grondwatermeetnet van de gemeente hebben we ontwateringskaarten voor zowel de RHG- als de RLG-situatie opgesteld. Daarnaast hebben we k-waardenkaarten opgesteld op basis van infiltratieonderzoeken en bodemsoorten. De ontwateringskaart hebben we gecombineerd met de k-waardenkaart tot de afkoppelkansenkaart. Hierop is van elke kern te zien in welke deelgebieden infiltratie van hemelwater kansrijk is, niet mogelijk is of waar nader onderzoek dient te worden verricht.

Analyse grondwaterstanden en klimaat Groningen

Voor de gemeente Groningen hebben we een analyse uitgevoerd van grondwaterstanden in relatie tot klimaatverandering. Gemeente Groningen heeft al jaren een grondwatermeetnet. De algemene verwachting is dat door de klimaatverandering de hoge grondwaterstanden in de toekomst hoger worden en de lage grondwaterstanden lager, ofwel: de fluctuaties gaan toenemen. De centrale vraag voor de gemeente was: “Welke verlaging van de grondwaterstanden in de zomer is in 2050 te verwachten als gevolg van de klimaatveranderingen en welke gevolgen heeft deze verlaagde grondwaterstand voor de maaivelddaling?”

BZ heeft met behulp van de KNMI-klimaatscenario’s voor 2050 een methode ontwikkeld om per peilbuis de verwachte verandering van de grondwaterstanden te bepalen. Per peilbuis is de relatie tussen de neerslag en de grondwaterstand berekend. Uit de analyse bleek dat de daling van de grondwaterstand in de zomer (RLG) rond 2050 varieert van 0,01 tot 0,20 meter. De gemiddelde daling van de grondwaterstanden in Groningen is 0,07 m. Op basis van de toekomstige grondwaterstanden per peilbuis hebben we ontwateringskaarten gemaakt voor 2050. We hebben daarnaast ontwateringskaarten voor het huidige klimaat opgesteld: de referentiekaarten. Hiermee is inzichtelijk geworden waar, welke veranderingen in de grondwaterstanden gaan optreden.

Een verlaagde grondwaterstand kan leiden tot maaivelddaling, afhankelijk van de bodemsoort. We hebben (secundaire) zettingsberekeningen uitgevoerd op basis van de bodemkaart en de verlaging van de grondwaterstand. Hieruit is gebleken dat in het algemeen het maaiveld met enkele mm tot circa 10 mm gaat dalen. Een uitzondering zijn de veengebieden. Hier vindt een grotere maaivelddaling plaats. Het resultaat is een risicokaart voor de stad Groningen met de verwachte maaivelddaling rond 2050 door de klimaatverandering.

Begeleiding aanbesteding grondwatermeetnet

We hebben veel inhoudelijke kennis en ervaring rond de aanleg, beheer en onderhoud van grondwatermeetnetten. We kennen de markt, weten wat er kan. Of het nu gaat om de data-inzameling met reguliere drukloggers, akoestische loggers of met telemetrie, het beheer en de presentatiemogelijkheden via verschillende internet-portals. We weten wat er mogelijk is.


Onze expertise zetten we in bij de aanbesteding van grondwatermeetnetten. Bij een meervoudige onderhandse of openbare aanbesteding verzorgen we de inhoudelijke ondersteuning. We inventariseren de wensen en eisen en stellen vervolgens een bestek of een programma van eisen op. We overleggen omtrent de verschillende manieren om een inschrijving te beoordelen. We werken hierbij veel samen met de inkoper en de inhoudelijke opdrachtgever/gebruiker. We ondersteunen bij de nota van inlichtingen en vervullen vaak ook een inhoudelijke rol in het beoordelingsteam.

We hebben de gemeente Emmen ondersteund bij een meervoudige onderhandse aanbesteding. Hiervoor is een programma van eisen opgesteld en een inschrijvingsleidraad. Daarnaast hebben we een openbare aanbesteding begeleid van 6 twentse gemeenten binnen het Twents Waternet verband. In dit project zijn de wensen van de afzonderlijke gemeenten vertaald naar verschillende werkwijzen voor data-inzameling en één database. De gemeenten werken daarbij samen om te komen tot één gezamenlijke publieke, openbaar toegankelijke portal voor de grondwaterstanden in Twente.

Monitoren van aardbevingsschade zeekering

De zeekering in de gemeente Groningen, tussen Eemshaven en Delfzijl, wordt versterkt om aan de normering te voldoen. Het is gebleken dat deze dijk gevoelig is voor aardbevingen, waardoor vervormingen en schades aan de dijk te verwachten zijn. De waterkering valt onder het beheer van waterschap Noorderzijlvest. Het waterschap wil adequaat en tijdig kunnen handelen om eventuele schades snel te herstellen, en wil daarom de dijk gaan monitoren op vervormingen.

BZ Ingenieurs & Managers stelt in samenwerking met Deltares een meet- en monitoringsstrategie voor de zeekering op. Hierbij is naast het snel detecteren van vervormingen, het verkrijgen van een beter inzicht in het gedrag van de dijk voor, tijdens en na aardbevingen van belang. Daarnaast adviseert BZ over de wijze van uitvragen naar de markt om een monitoringsnet te realiseren.

WBI voorbeeldenboek dijkmonitoring

BZ werkte in opdracht van Rijkswaterstaat aan het WBI voorbeeldenboek. Bij het toepassen van het Wettelijk Beoordelingsinstrumentetarium (WBI) wordt het boek gebruikt als inspiratiebron.

In het WBI voorbeeldenboek zijn voorbeelden uit de praktijk opgenomen. De voorbeelden zijn gericht op keuzes die te maken zijn binnen de beoordeling. Zo wordt de vraag beantwoord hoe men de betrouwbaarheid van de beoordeling kan vergroten aan de hand van meten en monitoren. BZ heeft als expert op het gebied van meten en monitoren meegewerkt aan de uitwerking van voorbeelden waarbij monitoringstrategieën zijn toegepast bij het WBI beoordelen. De voorbeelden richten zich op verschillende technieken zoals IR wellendetectie en HPT sonderingen. De WBI voorbeelden voor monitoring zijn hier te vinden.

 < 1 2 3 4 >