Overzicht BZ Projecten

Rioolvervanging, grondwaterstanden en risico’s op bebouwing

In het Bloemenkwartier in Woerden is een rioolvervanging gepland. De woningen zijn deels gefundeerd op staal en deels op houten palen waarbij risico is op paalrot door de huidige lage grondwaterstanden. Door de rioolvervanging wordt de mogelijke drainerende werking van de oude riolering weggenomen en zal de grondwaterstand stijgen. Dit is een positief effect in de zomer maar een negatief effect in de winter. We hebben een uitgebreid onderzoek uitgevoerd om te bepalen of en waar welke maatregelen nodig zijn om het risico op paalrot te verminderen dan wel grondwateroverlast te voorkomen.

Het onderzoek bestond uit een combinatie van archiefonderzoek en veldwerk. Het archiefonderzoek bestond uit het beoordelen van bouwtekeningen om het niveau van het bovenste funderingshout te bepalen. Het veldwerk bestond uit het bepalen van de bodemopbouw en monitoring van grondwaterstanden om de grondwaterfluctuaties in beeld te krijgen. Deze gegevens hebben we in samenhang beoordeeld met informatie over de riolering (bob en rioolinspecties) en de funderingsgegevens. We hebben bepaald of en waar de oude, lekke riolering drainerend werkt, wat de invloedssfeer hiervan is en in hoeverre de grondwaterstand gaat stijgen na rioolvervanging (en zonder het
meeleggen van drainage). Vervolgens zijn we met een GIS analyse nagegaan of en bij welke woningen sprake is van risico op droogstand van de houten paalfunderingen in de huidige situatie. Daarnaast zij we nagegaan bij welke
woningen het risico op droogstand wordt opgeheven na rioolvervanging.

We hebben bepaald dat door de rioolvervanging de grondwaterstand in een deel van het gebied dusdanig gaat stijgen dat drainage nodig is om grondwateroverlast te voorkomen. Bij een deel van de woningen stijgt de grondwaterstand onvoldoende. Hier blijft een risico op paalrot bestaan; aanvullende infiltratie is nodig. Daarom is geadviseerd om gelijktijdig met de rioolvervanging in dit deelgebied een DIT-systeem aan te leggen. Voor de infiltratie wordt gebruik gemaakt van het oppervlaktewater. Hiervoor hebben we de watervraag bepaald.

Met het onderzoek hebben we voor de gemeente Woerden aangetoond en onderbouwd dat gelijktijdig met rioolvervanging aanleg van deels drainage en deels een DIT-systeem een kostenefficiënte en doelmatige maatregel is voor het Bloemenkwartier om het risico op schade aan woningen door droogstand van houten palen of te hoge grondwaterstanden te minimaliseren. Tot slot hebben we het schetsontwerp en het functioneel ontwerp opgesteld inclusief toelichting op de gekozen ontwerpprincipes.

Infiltratiekansen in kreekruggen in Middelburg

In het project DNA van de stad en omgeving is onderzocht of zoetwater in de zandige kreekruggen kan worden geïnfiltreerd om verzilting en verdroging tegen te gaan. Een deel van de kreekruggen in Middelburg lijkt volgens dit archiefonderzoek hiervoor kansrijk. Om de kansen voor infiltratie te concretiseren hebben we voor de gemeente Middelburg de volgende vragen beantwoord via veldwerkzaamheden, monstername en monitoring van de grondwaterstanden in de kreekruggen:

  • Wat is de dikte van de afsluitende kleilaag op de kreekruggen?
  • Wat zijn de fluctuaties van de stijghoogte in de kreekruggen over een jaar?
  • Wat is de doorlatendheid van de zandige kreekrug?
  • Wat is het zoutgehalte van het grondwater in de kreekruggen?

De dikte van de kleiige deklaag op de kreekruggen varieert van 0 tot 6 m dikte. Hoe dikker de kleilaag hoe minder praktisch het is om het hemelwater te infiltreren in de kreekrug. De
doorlatendheid van het zand in de kreekruggen hebben we bepaald met falling head proeven. Hieruit is geconcludeerd dat niet alle kreekruggen een voldoende doorlatendheid hebben voor infiltratie. Hoe meer silt in het zand zit, hoe lager de doorlatendheid. De stijghoogte in de kreekrug is overal lager dan de freatische grondwaterstanden. Het regenwater kan dus naar de kreekrug infiltreren, hetzij via doorsnijdingen van de deklaag door het rioolcunet, hetzij door verticale infiltratieputten. En het water in de kreekrug is inderdaad zoet gebleken. De resultaten hebben we vertaald naar een concrete kansenkaart met een aantal kansrijke kreekruggen in Middelburg. Gemeente Middelburg gaat op de kansrijke kreekruggen afkoppelprojecten starten en het hemelwater infiltreren in deze kansrijke kreekruggen. Hiermee wordt de zoetwatervoorraad onder Middelburg aangevuld.

Grondwateroverlast in dijkwoningen in Genemuiden

Bewoners van dijkwoningen aan een oude waterkering ervaren een toename van vochtproblemen. We hebben samen met de gemeente een bijeenkomst gehad bij de bewoners thuis, waarbij de vochtproblemen zijn getoond en mogelijke oorzaken zijn besproken.

Om de werkelijke oorzaak te achterhalen hebben we in overleg met de bewoners een onderzoeksplan opgesteld waarbij onder meer in de dijk, bij de woningen en in de achtertuin peilbuizen zijn geplaatst en de grondwaterstanden zijn gemonitord. Op basis van de bodemopbouw en grondwaterstandsmetingen hebben we de mogelijke oorzaken afgepeld, zoals een lek geraakt riool in de dijk dat haar water verliest of extra infiltratie van regenwater door groenperkjes op de dijk. Uit analyse is gebleken dat dit niet de oorzaak kan zijn. Vervolgens is naar voren gekomen dat er een oude, onbekende waterleiding en nóg een oude gietijzeren weesleiding aanwezig is in de dijk. Deze oude leidingen waren gaan lekken. Deze leidingen zijn door het waterleidingbedrijf gerepareerd waarmee de oorzaak van de toename van de vochtproblemen is weggenomen.

Met dit onderzoek zijn de klachten van de bewoners serieus opgepakt en is de oorzaak van de toename van de vochtproblemen aangepakt. Overigens is het grondwaterpeil aan de dijkzijde hoger dan de vloer van het souterrain (tuinkamer). Dit is niet ongebruikelijk; dijkwoningen behoren tegen het vocht bestand te zijn. Indien de vochtproblemen niet volledig weggaan, is het vervolgens aan de woningeigenaren om middels bouwkundige maatregelen de woning waterdicht te maken en te houden.

Internet enquête wateroverlast en wateronderlast

Snel en efficiënt een beeld van (wateroverlast)ervaringen van inwoners van bijvoorbeeld een wijk? Daarvoor is een internet enquête een goede tool. Wij hebben veel ervaring met internet enquêtes over onder andere wateroverlast, grondwateroverlast, wateronderlast en verdroging.

We verzorgen de uitnodigingen voor de enquête, faciliteren de enquête via onze website en staan bewoners te woord als ze de enquête liever telefonisch willen doornemen. Na afloop van de enquête rapporteren we de resultaten overzichtelijk en binnen de privacy-kaders van AVG. Door slim vragen te stellen, achterhalen we of en welke problemen bewoners ervaren, en wanneer. Op basis van de informatie krijgt u een (ruimtelijk) beeld van de ervaren waterproblemen en mogelijke oorzaken. We vragen naar bouwkundige kenmerken van woningen. Hiermee kunnen bijvoorbeeld de maatregelen tegen wateroverlast of -onderlast op maat gemaakt worden voor uw specifieke wijk.

Natuurlijk kunnen we onze internet-enquêtes ook inzetten voor andere vragen die u aan bewoners wilt stellen. Denk bijvoorbeeld aan ervaringen met het ophalen van afval (gft, papier, plastic, rest), of het inventariseren van wensen van de bewoners bij een herinrichting van een buurt. We informeren u graag verder naar de mogelijkheden.

Optimalisatie grondwatermeetnet Emmen

De gemeente Emmen heeft een actief grondwatermeetnet van 74 freatische peilbuizen en wilde een optimalisatieslag van haar actuele grondwatermeetnet. BZIM heeft een advies geschreven over een optimalisatieslag waarmee de gemeente Emmen het grondwaterbeleid kan actualiseren ten behoeve van het GRP. De bestaande meetdoelen zijn herijkt in een tweetal workshops. Naast de grondwater- en rioleringspecialisten zijn hierbij ook de mensen van de afdeling projecten en van het bodemdalingsloket van de gemeente betrokken.

Op basis van de herijkte meetdoelen én ervaringen in het meetnet, klachten van inwoners en projecten (rioolvervanging, reconstructie, nieuwbouw) heeft BZIM bepaald waar peilbuizen kunnen vervallen, welke peilbuizen behouden moeten worden en waar peilbuizen bij moeten komen.

Daarnaast hebben we voor de gemeente een handleiding geschreven hoe peilbuizen te plaatsen. Hiermee wordt een eenduidige plaatsing en afwerking van peilbuizen binnen de gemeente gewaarborgd. Dit verhoogt de kwaliteit en betrouwbaarheid van de grondwatermetingen in de gemeente Emmen.

Onderzoek grondwateroverlast in woningen Hengelo

De gemeente Hengelo ontving van een aantal bewoners meldingen van vochtoverlast in de woning. Op verzoek van de gemeente heeft BZIM op locatie onderzoek gedaan naar de aard, oorzaak en omvang van de ervaren vochtoverlast. Deze onderzoeken op locatie betrof een visuele inspectie van de woning met kruipruimte en een interview met bewoners.

De verzamelde gegevens hebben we gecombineerd met de resultaten van een bureauonderzoek (maaiveldhoogte, gemeentelijk grondwatermeetnet, riolering, etc). Het resultaat was een notitie met bevindingen, advies hoe de situatie ter plaatse te verbeteren of welk nader onderzoek uit te voeren. Op de eerste locatie hebben we de gemeente geadviseerd om drainage aan te leggen op openbaar terrein. Op de tweede locatie bleek grondwater niet de oorzaak van de ervaren vochtoverlast en hebben we de bewoner advies gegeven hoe/wat verder te onderzoeken wat zijn problemen veroorzaakt. Om de situatie over te brengen naar de bewoners, hebben we de bevindingen samengevat in een schematische weergave van de grondwatersituatie én bebouwing. Hiermee hebben we het goed kunnen uitleggen naar de bewoners, zodat men (in het tweede geval) zelf goed onderbouwd verder actie kon ondernemen.

Geohydrologisch onderzoek bron Groesbeek

In het centrum van Groesbeek stromen van oudsher een aantal beken. Bij de Hervormde kerk is een bron aanwezig, die de laatste jaren is drooggevallen. BZIM heeft voor de gemeente Berg en Dal met een bureaustudie onderzocht of en hoe het mogelijk is om de beken in Groesbeek weer te laten stromen.

Met een geohydrologisch onderzoek is het brongebied van de Groesbeek in kaart gebracht. Waardoor wordt de bron van de Groesbeek gevoed? Wat is het intrekgebied van de bron? Met inzicht in het geohydrologisch systeem van de bron, werd duidelijk aan welke knoppen gedraaid kan worden en welke opties afvallen om de Groesbeek (en daarmee de andere beken) weer op een natuurlijke manier van voldoende stromend water te kunnen voorzien.

Conclusie van het geohydrologisch onderzoek was dat de stijghoogte in het grof zandige pakket, waaruit het bronwater op kwelt, tussen 2015 en 2022 is gedaald. Daardoor voert deze bron geen water meer aan de bronvijver en het bekensysteem. De toename van verdamping in het bos door klimaatverandering en interceptie van regenwater door de bomen in het bos in het intrekgebied ten westen van Groesbeek zien wij als belangrijkste oorzaak voor het dalen van de stijghoogte in het grof zandige pakket.

Droogtestudie gemeente Leeuwarden

Voor de gemeente Leeuwarden heeft BZIM de risico’s van droogte voor het bebouwde gebied in kaart gebracht: de risico’s van lagere grondwaterstanden door klimaatverandering op maaivelddaling, bebouwing, infrastructuur en groen.

Met een grondwaterklimaatanalyse op 220 peilbuizen van het gemeentelijke grondwatermeetnet heeft BZIM per peilbuis bepaald welke veranderingen in de grondwaterstanden gaan optreden door klimaatverandering. Oftewel: hoeveel stijgt de grondwaterstand in de winter en daalt deze in de zomer van 2050. In zettingsgevoelige gebieden zorgt een daling van de lage grondwaterstanden voor maaivelddaling. BZIM heeft de maaivelddaling op buurtniveau berekend en op kaart gezet.

De daling van de grondwaterstanden en de maaivelddaling kunnen extra risico’s veroorzaken: verzakkingen en scheurvorming bij woningen en infrastructuur. Bij groen een toename van sterfte en een toename van beheerkosten.

BZIM heeft samen met de gemeente met werksessies de ervaringen van de droge zomers van 2018, 2019 en 2020 gebruikt om risicomatrixen op te stellen voor de risico’s van droogte voor de bebouwing, infrastructuur en groen. Dit is op kaart gezet waarmee inzichtelijk is geworden waar welke droogterisico’s optreden als gevolg van klimaatverandering.

Voor de gemeente Leeuwarden is geconcludeerd dat voor de bebouwing en infrastructuur sprake is van een zeer laag tot laag risico op schade door droogte als gevolg van klimaatverandering. Voor de bomen is sprake van een zeer laag tot enig risico, gebaseerd op de leeftijd en conditie van de boom en de toename van de fluctuaties van de grondwaterstanden. Tot slot heeft BZIM op basis van deze risico’s de potentiële financieel schadeposten bepaald.

Over dit onderzoek is op H2O Waternetwerk een artikel verschenen. Om dit artikel te lezen, klik hier.

Daarnaast is in Land+Water ook een artikel verschenen over dit onderzoek. Om dit artikel te lezen, klik hier.

Geohydrologisch onderzoek Wekerom

Gemeente Ede werkt aan de planvorming voor een uitbreidingslocatie in Wekerom.

Voor de gemeente voeren we een (geo-)hydrologisch onderzoek uit om de randvoorwaarden voor de uitbreidingslocatie te bepalen. De grondwaterfluctuaties bepalen bijvoorbeeld in hoeverre er opgehoogd moet gaan worden. Daarnaast geven we aan welke maatregelen nodig zijn om het hemelwater tijdelijk te bergen in het gebied dan wel (vertraagd) af te voeren naar een retentievoorziening. Voor deze retentievoorziening gaan we de benodigde afmetingen en optredende peilstijgingen na. De resultaten van het onderzoek geven concrete handvaten voor de verdere uitwerking van het stedenbouwkundig plan.

Grondwateroverlast Hengelo

In Hengelo zijn diverse grondwateraandachtsgebieden. Dit zijn gebieden waarvan bekend is dat er regelmatig hoge grondwaterstanden voorkomen en de bewoners al langer tijd grondwateroverlast ervaren.

We hebben een nader onderzoek uitgevoerd om de omvang van het gebied met te hoge grondwaterstanden af te kaderen. Dit hebben we gedaan met lokaal geohydrologisch onderzoek: we hebben boringen en peilbuizen geplaatst en de grondwaterstanden gemonitord. Het onderzoek is erop gericht om de lokale situatie te begrijpen. Hoge grondwaterstanden leiden niet altijd tot overlast. Daarom hebben we ook een enquête uitgevoerd om de overlast onder de bewoners in beeld te brengen. De meetresultaten en de resultaten van de enquête hebben we geanalyseerd en gecombineerd. Vervolgens hebben we op basis van het gemeentelijke grondwaterbeleid bepaald of en waar sprake is van structurele grondwateroverlast. Het onderzoek biedt voor de gemeente de onderbouwing of en waar drainage (of andere maatregelen) nodig is om de structurele overlast aan te pakken.

Hemelwater-structuurplan Nijkerk

In Nijkerk komt bij hevige neerslag op diverse locaties wateroverlast voor. Met de klimaatverandering en de daarbij horende hevigere regenbuien is er risico dat wateroverlast vaker en langer gaat optreden. De insteek is om veel afkoppelprojecten uit te voeren om de hydraulische belasting op het gemengde rioolstelsel te verminderen. De vraag is echter waar dit afgekoppelde hemelwater naar toe kan. Vanwege hoge grondwaterstanden is infiltratie in de bodem niet kansrijk. Daarnaast is bij hevige regenval de mogelijkheid om regenwater via de beken af te voren beperkt.

We hebben samen met de gemeente Nijkerk en waterschap Vallei en Veluwe de actuele knelpunten vanuit de riolering en het oppervlaktewater in beeld gebracht. De hoofdoplossingsrichtingen om deze knelpunten aan te pakken zijn meer waterberging, bufferen en vertraagd afvoeren van het hemelwater, verbeteren van de afvoercapaciteit van het oppervlaktewatersysteem en het verminderen van de doorvoer van water uit het landelijk gebied door Nijkerk. In een werksessie zijn vervolgens locaties verkend om deze knelpunten aan te pakken. Hieruit is een breed palet aan kansrijke maatregelen naar voren gekomen. De gemeente en het waterschap kunnen de komende jaren aan de hand van het resultaat gerichte stappen zetten om de wateroverlast in Nijkerk te verminderen.

Afkoppelkansenkaart Oost Gelre

De gemeente Oost Gelre wil het afkoppelen van hemelwater(afvoeren) onder haar bewoners stimuleren. BZ heeft voor elke kern in de gemeente een afkoppelkansenkaart opgesteld. Een afkoppelkansenkaart geeft aan in welke deelgebieden afkoppelen en infiltreren van hemelwater mogelijk is. Hierbij is de doorlatendheid van de bodem (k-waarde) en de ontwateringsdiepte van belang. De doorlatendheid van de bodem dient voldoende hoog te zijn voor infiltratie. Daarnaast is infiltratie geen optie in gebieden met een te hoge grondwaterstand.

Op basis van het grondwatermeetnet van de gemeente hebben we ontwateringskaarten voor zowel de RHG- als de RLG-situatie opgesteld. Daarnaast hebben we k-waardenkaarten opgesteld op basis van infiltratieonderzoeken en bodemsoorten. De ontwateringskaart hebben we gecombineerd met de k-waardenkaart tot de afkoppelkansenkaart. Hierop is van elke kern te zien in welke deelgebieden infiltratie van hemelwater kansrijk is, niet mogelijk is of waar nader onderzoek dient te worden verricht.

 1 2 >